
Veel kritiek in DNA op initiatiefwet Duurzaam Natuurbeheer: terug naar tekentafel
| starnieuws | Door: Redactie
Commissielid Bronto Somohardjo (PL) kwam scherp uit: er moeten geen wetten worden aangenomen om het “maken van wetten” of uit vrees iets mis te lopen. Volgens hem is het risico van een slechte wet groter dan de bedragen die rondgaan. Hij stelde kritische vragen over de machtsconcentratie bij NMA en vroeg hoe controle, aanspreekbaarheid en parlementaire verantwoordelijkheid worden gegarandeerd. Ook wilde hij weten wat het voorstel vanaf dag één concreet betekent voor mensen en structuren die nu al natuurbeheer uitvoeren, zoals bij LBB.
Assembleelid Jennifer Vreedzaam benadrukt dat het FPIC-principe niet vrijblijvend is.Rechten inheemse en tribale volken onvoldoende uitgewerkt
Jennifer Vreedzaam (NDP) uitte scherpe kritiek op de manier waarop het FPIC-principe (free, prior and informed consent) in het wetsvoorstel is uitgewerkt. Zij wees erop dat de Assemblee recent nog uitvoerig heeft gedebatteerd over het belang van overleg en instemming van inheemse en tribale volken, onder meer bij internationale afspraken en dat het onbegrijpelijk is dat in deze initiatiefwet opnieuw dezelfde fouten dreigen te worden gemaakt. Volgens Vreedzaam is FPIC geen vrijblijvende consultatie, maar een fundamenteel rechtsbeginsel dat richtinggevend moet zijn voor handelen van overheid en instituten. Zij waarschuwde dat het parlement zijn eigen uitgangspunten ondergraaft als wetgeving wordt behandeld zonder dat dit principe daadwerkelijk is geborgd en vroeg zich hardop af of voortzetting van de vergadering zinvol is zolang hier geen helderheid over bestaat.
Tashana Lösche (NDP), lid van de commissie van rapporteurs, benadrukte dat de wet wel verwijst naar woon- en leefgebieden die traditioneel door inheemse en tribale volken worden gebruikt, maar dat nergens is vastgelegd waar die gebieden precies liggen. Volgens haar is er geen sprake van demarcatie of formele vaststelling van grenzen, waardoor het onduidelijk is hoe beschermde gebieden zich tot deze traditionele leefgebieden verhouden.Lösche gaf aan dat zij de wet belangrijk vindt, maar dat zij hierover met gemengde gevoelens spreekt. Zolang essentiële randvoorwaarden, met name de erkenning en bescherming van de rechten van inheemse en tribale volken, niet goed zijn geregeld, kan zij de wet niet steunen. Zij stelde dat er nog ruimte en tijd is om noodzakelijke wijzigingen door te voeren en deze groepen daadwerkelijk te betrekken.Steven Reyme (A20) vroeg zich af waarom het wetsvoorstel niet expliciet de collectieve land- en gebruiksrechten van inheemse en tribale volken erkent, terwijl Suriname daartoe internationaal verplichtingen is aangegaan. Hij wees erop dat hij zelf initiatiefnemer is van een grondwetswijziging waarin inheemsen worden erkend als oorspronkelijke bewoners. Volgens Reyme zou het logischer zijn geweest om eerst die wetgeving te behandelen, zodat er meer rechtszekerheid ontstaat, voordat een ingrijpende natuurbeheerwet wordt aangenomen.Daarnaast vroeg hij hoe het wetsvoorstel zich verhoudt tot uitspraken van het Inter-Amerikaans Hof voor de Rechten van de Mens, onder meer over landrechten en zelfbeschikking. Die vragen kunnen volgens hem niet onbeantwoord blijven.
Een van de initiatiefnemers, Wedperkash Joeloemsingh (NDP), zei dat tijdens consultaties al duidelijk werd dat de wet reparatie nodig heeft. Hij bedankte de leden voor hun kritische bijdragen en benadrukte dat deze moeten helpen om de wet te verbeteren. Volgens hem is de wet niet bedoeld als haastwerk en heeft het geen relatie met geld, maar gaat het erom duidelijke afstemming te krijgen over wie waarvoor verantwoordelijk is.De vergadering wordt maandag voortgezet.| starnieuws | Door: Redactie




































