
Bezoek koning Willem-Alexander: Waar was de Surinaamse gastvrijheid in DNA?
| starnieuws | Door: Redactie
Het staatsbezoek van koning Willem-Alexander en koningin Máxima aan Suriname bood een unieke gelegenheid om de Surinaamse identiteit te tonen: warm, veerkrachtig, zelfbewust en gastvrij. Het moment in De Nationale Assemblee had
moeten onderstrepen dat de Republiek Suriname één natie is, trots op land en volk, bewust van haar soevereiniteit en verenigd in de geest van ‘Soso Lobi’ - de verbondenheid en hartelijkheid die Suriname kenmerken.Een ontvangst zonder warmteSurinamers staan bekend om hun openheid en gastvrijheid; het is een dagelijkse realiteit in dorpen, districten en stadswijken. Die gastvrijheid had juist in Het Huis van het Volk hoorbaar moeten zijn, maar zij klonk in de toespraken van onze volksvertegenwoordigers nauwelijks door.De toon van de sprekers riep zelfs het beeld op van een vervreemde familierelatie: een vader die zijn kind jarenlang te weinig aandacht
gaf en eindelijk wordt uitgenodigd, maar bij aankomst alleen verwijten hoort. Begrijpelijke emoties misschien, maar zonder warmte, zonder verzoenende woorden, zonder de ontvankelijkheid die een eerste stap naar herstel mogelijk maakt. Zijn ouders zaten erbij en luisterden ernaar.In de woorden klonk, terecht of onterecht, een verwijtende ondertoon, versterkt door een aanvallende houding rond het visumbeleid. Hoewel het protocol werd gevolgd en de woorden zorgvuldig gekozen waren, bleef de toon afstandelijk en leeg. Daarmee miste de ontvangst van het koninklijk paar wat Suriname bijzonder maakt: warmte, menselijkheid - Soso Lobi.Wat overbleef, was een welkom zonder ziel. Een koele, afstandelijke toon die meer deed denken aan het voorlezen van een dossier dan aan het ontvangen van gasten. Het protocol won het van de persoonlijkheid. En zo ontstond een pijnlijk contrast: een warm volk vertegenwoordigd door koude woorden.Gastvrijheid als krachtGastvrijheid is geen zwakte, maar een uiting van zelfvertrouwen, volwassenheid en waardigheid. Juist daarom viel het ontbreken van een verbindende, respectvolle toon in de Assemblee op. Buiten het parlement ervoer het koninklijk paar wél de oprechte en spontane hartelijkheid van burgers. Het contrast benadrukte hoe het officiële Suriname zijn kans liet liggen om authentiek en krachtig naar voren te treden.Het slavernijverleden: noodzakelijke erkenning, ongelukkige toonNiemand betwist dat het slavernijverleden besproken moet worden. Het is een gedeelde en pijnlijke geschiedenis die erkenning, openheid en voortdurende dialoog verdient. In de Assemblee kwam dit onderwerp echter over als een onderstroom van wrok, met verwijzingen die leken te impliceren dat koning Willem-Alexander persoonlijk aansprakelijk was.Opmerkelijk, juist omdat híj zich de afgelopen jaren herhaaldelijk en oprecht heeft uitgesproken over de koloniale geschiedenis: hij erkende de misstanden, vroeg vergiffenis namens het Koninkrijk der Nederlanden, en nam publiekelijk verantwoordelijkheid voor de rol van zijn voorouders.Suriname had het gesprek over het verleden met waardigheid en respect kunnen voeren, waarbij gastvrijheid en kritische reflectie samenkomen.Niet de koning, maar Suriname kwam tekortNiemand beweert dat een koning boven kritiek staat - en zo hoort het ook. Maar kritiek moet helder, eerlijk en waardig zijn, gericht op beleid en geschiedenis, niet op de persoon. In de Assemblee was de toon afstandelijk en geladen, en miste zij de diepgang en fijngevoeligheid die dat moment vroeg.Zo werd niet het prestige van de koning geraakt, maar dat van Suriname. Het land had kunnen laten zien dat het volwassen en zelfbewust met zijn geschiedenis omgaat, zonder die in te zetten op een moment dat juist verbinding centraal staat.Door deze toon verloor Suriname de kans zijn kracht te tonen: kritisch én menselijk, fier maar niet verbitterd, gastvrij maar niet naïef. Het onderscheid tussen geschiedenis en persoon, tussen pijn en respect, is essentieel — precies die nuance ontbrak. Daardoor kwam, mijns inziens, niet de koning maar Suriname zelf tekort.Een gemiste kans voor nationale uitstralingHet parlement hoort de stem en trots van het Surinaamse volk te vertolken, maar in de toespraken klonk die nationale identiteit nauwelijks door.Wat ontbreekt, is leiderschap dat begrijpt dat representatie meer is dan woorden: het gaat om toon, houding en intentie. Suriname heeft alles in zich om met waardigheid en zelfvertrouwen vooruit te gaan. Maar daarvoor moet het parlement bereid zijn de échte Surinaamse stem te laten klinken - hartelijk, overtuigd en oprecht.Tot slotHet parlement had kunnen tonen dat het kritisch kan zijn zonder de menselijkheid te verliezen, dat het verleden erkent zonder te verharden, en dat het groot kan zijn zonder zichzelf te verloochenen.Voor de toekomst is het belangrijk dat het parlement bij internationale gelegenheden de stem van het volk laat horen — authentiek, warm en waardig.T. Sansaarinfo@surinamekennisnetwerk.com
| starnieuws | Door: Redactie



































